Ik ben (g)een ouwe l….
Op de helft van je carrière en alweer afgeschreven? Kom nou!
In juli werd ik 45. Een memorabele leeftijd. Niet omdat het zo’n markant punt is als 30 (einde van je jeugd, althans: je kunt jezelf er dan écht niet meer achter verschuilen), of 50 (voor sommigen het begin van het einde, voor anderen gewoon een nieuw begin en – heel treurig – voor een enkeling gewoon het einde). Maar 45 is markant omdat je er zo’n 20 jaar werkend leven op hebt zitten en je mag nog 20 jaar verder. Kortom: het is op de helft van je werkend leven.
Op de helft! Hoe komt het dan dat ik me zelf heel jong, dynamisch en beweeglijk vind, met nog een leven voor me, maar op leeftijd als het gaat om de arbeidsmarkt. Begrijp me goed, dat vind ik niet zelf, maar ik denk dat anderen dat vinden. Ik switch nog geregeld van baan, voel me arbeidsmobiel, vind demotie en een salaris dat lager is dan de vorige baan niet erg. Ik zit nog midden in het doorontwikkelen en groei in mijn carrière. Maar dat verhoudt zich niet tot de gemiddelde perceptie aan werkgeverszijde: duur, minder flexibel etc.
Die perceptie loopt hopeloos achter op de realiteit. Mijn generatie – de verloren generatie die tiener was in de jaren ’70, van disco’s en alto’s, protestmarsen tegen kerngedoe – is de eerste postmoderne generatie, die inziet dat eeuwige groei en progressie onhaalbaar is, dat de wereld er naar de verdoemenis van gaat en dat meedoen in het spel belangrijker is dan winnen, die een leuke baan – die goed te combineren is met gezin en de balans tussen werken en privé faciliteert – verkiest boven de ratrace (want als je die wint ben je nog steeds een rat; ken er wel een paar helaas). Ik vind het dus oneerlijk vanuit die attitude min of meer mentaal afgeschreven dreigen te worden of vanaf 50 als onbemiddelbaar beoordeeld te worden. Het is mijzelf nog niet overkomen, maar ik wil ook niet met dat idee in het hoofd rondlopen. Daar wil ik vanaf. En ik wil vooral dat anderen, die er gevoeliger voor zijn dan ik, er vanaf komen. Maar wie regelt dat?
De vergrijzing helpt een handje, dat scheelt. En – al ben ik geen fan van de bananenrepubliek Balkendende (drie kabinetten in drie jaar…) – onder dit kabinet is de perceptie gelukkig wel iets opgeschoven. Maar ik denk dat recruiters, detacheerders, headhunters en interimbureaus hier een belangrijke rol kunnen vervullen. Als schakels tussen werkgevers en werknemers kunnen beide door hen beïnvloed worden, de één gemaand tot een andere perceptie van leeftijd, de ander gemaand tot aanpassingsvermogen en acceptatie van mogelijke demotie en in elk geval het flexibel opstellen. Het nemen van die rol is ook in het belang van de intermediairs zelf: in een vergrijzende samenleving ontwikkel je zo de eigen markt voor de nabije toekomst. Van een ver-grijzend naar een ver-grijnzend perspectief. Alvast dank voor de inspanning; kan ik er nog eens 20 jaar tegenaan! En met genoegen!